schoenZe keek naar beneden. De punten van haar schoenen waren nog onbeschadigd. Hoe zouden die er straks uit zien? dacht ze. “Kom op, niet langer treuzelen, we gaan ervoor!” was haar innerlijke commando. Ze tilde haar rechtervoet op en zette die op de weg. “Daar gaan we!”

Een jaar eerder had Annemie achter haar computer gezeten en een diepe zucht gelaten. Na het zoveelste boek over hoe je slechts in vijf stappen gelukkig zou moeten worden naar de retourboer gebracht te hebben, om vooral een ander mens te laten genieten van de wijsheden van de geluk goeroe, was het genoeg voor Annemie.

Ze kreeg de neiging om met dingen te gaan gooien na het lezen van zulke boeken. “Ik zou wel eens willen weten of die meneer vierentwintig uur per dag gelukkig zit te zijn achter zijn pc!” had ze opstandig tegen haar beste vriendin geroepen. “Er moet toch een andere manier zijn om jezelf te vinden en gelukkig te zijn?” Haar vriendin wist al dat ze wijs moest knikken en bevestigende geluidjes moest produceren om vooral niet nog meer emotie bij Annemie aan te wakkeren. Gelukkig worden was een missie voor haar geworden. Dat gelukkig worden niet zo goed werkt met twee gebalde vuisten, hield ze voor de lieve vrede maar even voor zich.

Annemie had in de loop der jaren al van alles geprobeerd. Lise, haar beste vriendin had het allemaal vanaf dichtbij mee mogen maken. “Ik ga terug naar mijn roots!” was de uitroep nadat Annemie een folder over regressietherapie had gevonden bij het wijkcentrum. Natuurlijk kwam Annemie na twee keer in een deken gewikkeld te zijn met op de achtergrond baarmoedergetrouwe geluiden, terug met een stortvloed aan commentaar. “Nou, dat is even makkelijk geld verdienen!” “Je koopt een plaid bij de Action, neemt wat watergerommel op via YouTube en hopla je hebt regressietherapie!” “Ik heb mezelf niet gezien als baby in die deken en volgens mij heeft die mevrouw katten!” Annemie maakte een overdreven niesgeluid om haar mening nog wat extra dramatisch te laten overkomen. Lise moest haar lachen inhouden. Dan was er die keer dat Annemie een familieopstelling deed, om de lijnen van de vrouwen in haar familie helder te krijgen. Lise vroeg zich af waarom Annemie keer op keer van die alternatieve manieren moest vinden om te ontdekken wat geluk dan in moest houden. Logisch dat Lise een zuchtje onderdrukte toen Annemie met het volgende plan aan kwam. “Lies, ik ga ervoor!” “Ik ga de Camino doen!” “De Camino” herhaalde Lise. “Ja, je weet wel die route, die pelgrims lopen.” “De Sint Jacobsroute!” Lise keek Annemie aan en schudde haar hoofd. “Mietje, jij en lopen?” Annemie liet zich niet van het pad af brengen. Ze ging en daarmee uit.

“Ben je al begonnen met oefenen, Mie?” vroeg Lise een week na het besluit over ‘de weg’. “Ach, hoe moeilijk kan dat nou zijn Lies” was het antwoord. “Ik loop dagelijks een paar uur op mijn nieuwe wandelschoenen met natte sokken en lavendelolie op mijn tenen, dat moet toch goed zijn?” Lise besloot dat niet helpen ook helpen zou zijn en liet Annemie haar eigen weg gaan.

Duizenden mensen waren Annemie al voor gegaan. Wat was de reden dat mensen een pelgrim wilde zijn? Annemie had het opgezocht. Een pelgrim is iemand met een bijzonder doel. Nou dat kwam goed uit, want Annemie had dat toch ook?

Ze keek naar beneden. De punten van haar schoenen waren nog onbeschadigd. Hoe zouden die er straks uit zien? dacht ze. “Kom op, niet langer treuzelen, we gaan ervoor!” was haar innerlijke commando. Ze tilde haar rechtervoet op en zette die op de weg. “Daar gaan we !”

Na een paar uur zat Annemie langs de kant van de weg, zichzelf vervloekend om haar eigenwijsheid. Een dikke blaar leek haar met een geniepig lachje aan te staren. “Tja, dat krijg je ervan als je denkt dat je zo maar een pelgrim kunt worden” leek de blaar te roepen. Ondertussen keek Annemie om zich heen. De wereld leek heel anders dan normaal. Het landschap in Noord-Frankrijk maakte dat ze zich heel nietig voelde. Een vlinder fladderde even langs haar hoofd. Ze sloot haar ogen. Ze werd wakker toen ze een bekende taal hoorde. Er komen duizenden mensen vanuit de hele wereld om de St. Jacobsroute te lopen. Annemie had al verschillende talen voorbij horen komen. “Zo daar zit je dan, met je blaar!” Annemie keek op recht in de vrolijke ogen van een man. De man vroeg niet eens of hij naast haar mocht komen zitten. Hij plofte gewoon neer. Ongevraagd werd Annemie een naald aangeboden. Annemie keek naar de naald en weer terug naar de man. Haar verbouwereerde gezicht maakte dat hij de naald terugpakte en voor haar voet neerknielde. “Kom maar hier, ik zie het al, dat is aan jou niet besteed.” Even later had Annemie haar schoen weer aan en keek dankbaar naar de man die zich tijdens het doorprikken als Frits had voorgesteld.

“Je bent zeker op zoek naar jezelf?” vroeg Frits toen ze naast elkaar op de weg liepen. “Ja, en naar geluk!” voegde Annemie er nog aan toe. “Zo dat is niet mis, je hebt het hoogste doel gekozen” zei Frits vol bewondering. Annemie vertelde Frits over haar geschiedenis met het zoeken naar geluk. Een heldere schaterlach was regelmatig te horen op de route naar Santiago de Compostella. Die lach was van Frits.

Bijna moeiteloos liep Annemie de pelgrimstocht met Frits aan haar zijde. Urenlang deelden ze verhalen over hun leven. Vlak voordat ze de eindbestemming naderden stopte Frits midden op de weg. “Heb je jouw steen?” vroeg hij. “Mijn steen, hoe bedoel je? Annemie keek hem met grote ogen aan. Frits gierde het uit van het lachen. “Je hebt ook werkelijk niets gelezen over de Camino, neem ik aan?” Annemie voelde een uitbarsting opkomen. “Zeg, meneer de pelgrim-expert!” “Als jij het allemaal zo goed weet, loop dan lekker door!” Frits begon nog harder te lachen. “Geef je hand eens.” Frits legde een steen in de hand en begon te vertellen over het Cruz de Fero, het grote ijzeren kruis op enkele kilometers van Rabanal del Camino. “De meeste pelgrims gaan erheen. Daar ligt een grote stapel stenen. Elke passerende pelgrim draagt een steentje bij. Het is een eeuwenoud ritueel. De steen die wordt achtergelaten staat  symbool voor het achterlaten van zorgen die je meebracht op de tocht. Als je de steen neerlegt, maak je je vrij van het probleem.” “Ik weet niet waarom ik twee stenen meebracht, maar kennelijk was dat onderdeel van mijn doel.” Annemie keek Frits aan en voelde een brok in haar keel. “Wat ontzettend lief van jou.” Frits haalde een pluk haar uit het gezicht van Annemie en streek langs haar wang. “Kom we gaan onze stenen achterlaten!” riep hij opgelaten. Annemie moest even herstellen van het moment dat zij zojuist had ervaren.

Aangekomen bij de berg met stenen stonden Annemie en Frits naast elkaar. Hij draaide zich naar Annemie en voordat ze het wist kuste hij haar zacht op haar mond. De wereld leek even te draaien. Ze beantwoordde zijn kus. Plotseling maakt hij zich uit de omhelzing waarin zij waren beland. “Ben je er klaar voor?” vroeg hij. “Ja, ik ben klaar.” Frits pakte de hand van Annemie en liep samen met haar naar de berg stenen. Ze knielden aan de rand. Annemie hield de steen even tegen haar hart en sloot haar ogen. Met het neerleggen van de steen besefte zij zich dat ze het zoeken naar geluk kon opgeven. Ze had het onderweg op haar pad aangetroffen terwijl ze even niet oplette…

 

 

 

Share

Eén gedachte over “De weg naar geluk (kort verhaal)”

  1. heerlijk die verhalen van je . Je blog ziet er goed uit madame! Keep up tha good work x

laat een reactie achter

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.